Herman Van Veen Herman Van Veen - Liefde van later

Als liefde zoveel jaar kan duren,
dan moet het echt wel liefde zijn,
ondanks de vele kille uren,
de domme fouten en de pijn.
Heel deze kamer om ons heen,
waar ons bed steeds heeft gestaan,
draagt sporen van een fel verleden,
die wilde hartstocht lijkt nu heen,
die zoete razernij vergaan,
de wapens waar we toen mee streden.

Ik houd van jou,
met heel mijn hart en ziel
houd ik van jou.
Langs de zon en maan
tot aan het ochtendblauw,
ik houd nog steeds van jou.

Jij kent nu al mijn slimme streken,
ik ken allang jouw heksenspel.
Ik hoef niet meer om jou te smeken,
jij kent mijn zwakke plaatsen wel.
Soms liet ik jou te lang alleen,
misschien was wat je deed verkeerd,
maar ik had ook wel eens vriendinnen.
We waren jong en niet van steen
en zo hebben we dan toch geleerd:
je kunt toch altijd opnieuw beginnen.

Ik houd van jou,
met heel mijn hart en ziel
houd ik van jou.
Langs de zon en maan
tot aan het ochtendblauw,
ik houd nog steeds van jou.

We hebben zoveel jaar gestreden
tegen elkaar en met elkaar.
Maar rustig leven en tevreden
is voor de liefde een gevaar.
Jij huilt allang niet meer zo snel,
ik laat me niet zo vlug meer gaan,
we houden onze woorden binnen.
Maar al beheersen we het spel
een ding blijft toch altijd bestaan:
de zoete oorlog van het minnen.

Ik houd van jou,
met heel mijn hart en ziel
houd ik van jou.
Langs de zon en maan
tot aan het ochtendblauw,
ik houd nog steeds van jou.

Ik houd nog steeds van jou,
voorgoed van jou.